Bonusvogel boomvalk

door Hans Peeters / foto boven Jappie Seinstra

De boomvalk is zeker geen alledaagse verschijning in Gruttoland. Wordt er een waargenomen, dan wordt hij met chocoladeletters bijgeschreven in het logboek.

Boomvalk – let op de donkere baardstrepen / foto Servan Ott

Hoe anders was dat weleer? Boer Murk herinnert zich: “Vroeger hadden we een acht hectare-grote appelboomgaard op zeshonderd meter afstand van de boerderij. Om de boomgaard stond een windsingel van hogere bomen. Op een gegeven moment werd de boomgaard gerooid, maar bleef de windsingel staan. In een van de bomen in de windsingel broedde elk jaar een boomvalk in een oud kraaiennest. Dat was altijd heel bijzonder. Je kon aan de boerenzwaluwen en spreeuwen rondom de boerderij merken, als de boomvalk in de buurt was. Er was dan vaak paniek onder de kleinere zangvogels. Met hun razendsnelle vlucht wist de boomvalk een zwaluw in de lucht te vangen. Toen de windsingel vijfentwintig – dertig jaar geleden gerooid werd, verdween ook de boomvalk als broedvogel. Nu zie je zomers nog wel eens een boomvalk overvliegen, maar zeker niet elk jaar. De waarneming van een boomvalk is dus een echte bonus.”

Boomvalk / foto Bennie van der Weide

Afrikaganger

De boomvalk is in ons land een echte zomergast, die vrij laat arriveert. Vanaf eind april tot begin mei kun je ze in Nederland verwachten. Tussen augustus en november vertrekken ze weer naar hun Afrikaanse winterkwartieren. Daar verblijven ze in open landschappen met verspreide bomen, vochtige bossen en wetlands. Naast zwaluwen staan er vooral insecten als libellen, sprinkhanen, krekels en kevers op het menu. Ze eten die al vliegend op, waarbij ze bij libellen eerst de vleugels van het lijf trekken.

De boomvalk is een lastig te fotograferen soort, met als gevolg dat we slechts een drietal foto’s van ons vaste fotografenteam ontvingen.

Boomvalk – let op de rode broek / foto Jappie Seinstra

Boomvalkpaspoort

Wetenschappelijke naam: Falco subbuteo

Friese naam: blauwe wikel

Herkenning: slanke roofvogel, zo groot als torenvalk, met smallere, sikkelvormige vleugels, donkerbruine bovenzijde, onderzijde licht met rode ‘broek’

Lengte: 30 – 35 cm

Spanwijdte: 70 – 85 cm

Geluid: zwijgzaam, in buurt van nest schril kieuw-kieuw-kieuw

Voedsel: libellen, sprinkhanen, krekels, kevers, ook zangvogels als zwaluwen en graspiepers

Gedrag: vangt en eet prooien in de vlucht  

Nest: broedt in oude verlaten nesten van bijvoorbeeld kraai en buizerd; langs bosrand, in solitaire bomen of hoogspanningsmasten

Aantal eieren: 3 eieren

Broedduur: 28 dagen

Jongen blijven  28 – 32 dagen in nest

Trek: broedt in geheel Europa met uitzondering van noord-Scandinavië, IJsland en Groenland

Voorkomen in Nederland: broedparen 450 – 700; winteraantallen 0

Gruttoland: vliegt niet elk jaar in de zomer over.

Het bericht <strong>Bonusvogel boomvalk</strong> verscheen eerst op Agrarisch Natuurfonds Fryslân.