door Hans Peeters / foto boven Marten f. de Vries
Vrijdag, 29 juli 2022 was voor Gruttoland weer een dag om in chocoladeletters te schrijven. Bennie van der Weide zag uit een van de fotohutten een nieuwe soort voor Gruttoland. Een blauwborst zat even op de grond, maar voordat Bennie de vogel goed in beeld had was ie alweer gevlogen. Het lukte Bennie net om één foto te maken, voldoende om als bewijsmateriaal te dienen. Soort 132 is een feit.
Trekvogel
Menig vogelfotograaf likt zijn vingers af als hij/zij de kans krijgt om een blauwborst te fotograferen. Blauwborsten komen vanaf eind maart terug uit hun overwinteringsgebied en dat is dé de tijd om ze op de gevoelige plaat vast te leggen. Er zit dan nog geen blad aan bomen en struiken en blauwborsten zijn dan relatief gemakkelijk te zien én te fotograferen. Niet in Gruttoland. Daar kwam de blauwborst tot deze zomer niet voor. Gruttoland is nu eenmaal een weidevogelgebied met sappig grasland en plasdrasgebied. Blauwborsten houden van een ruigere vegetatie met opgaande struiken en boompjes. Die gebruiken ze dan vaak als zangpost. De vogel die Bennie van der Weide op 29 juli waarnam was een mannetje, dat waarschijnlijk op trek was naar het zuiden.
Uitbreiding broedareaal
De blauwborst is in de jaren zeventig van de vorige eeuw aan een opmars door Nederland begonnen. Sinds die tijd is hij meer dan vertienvoudigd. Het waren vooral gebieden als de Biesbosch en de Oostvaardersplassen, die in die tijd als bolwerk voor blauwborsten golden. Van daaruit hebben de vogels zich over ons land verspreid en hun broedgebied uitgebreid. Tegenwoordig zijn ze al te vinden langs slootkanten in natte natuurontwikkelingsgebieden en kleine moerasjes. De verwachting dat de soort nu al en anders op korte termijn in de nabije omgeving van Gruttoland broedt of gaat broeden is groot. Een aanwinst is de prachtige vogel zeker.
Blauwborstpaspoort
Wetenschappelijke naam: Luscinia svecica
Friese naam: Blauboarstke
Herkenning: bruine bovendelen en lichtgrijze buik, oranje zijstaartbasis; in broedkleed witte keel en borst; jonge vogels zijn donkerbruin met witte, gele spikkels
Lengte: 14 cm.
Spanwijdte: 20 – 22,5 cm.
Geluid: gevarieerde zang met imitaties, nachtegaalachtige tonen met kenmerkend metaalachtig ting, ting, ting
Voedsel: insecten, zoals muggen, muggenlarven, vliegen, sprinkhanen, steenvliegen, ook bessen en zaden
Gedrag: zoekt voedsel op de grond; tijdens balts zingt
Leefgebied: moerasvegetaties met opgaande beplanting
Nest: goed verborgen op de grond onder overhangende graspollen of net erboven in wirwar van struikgewas
Aantal eieren: 5 – 6
Broedduur: 13 dagen, een broedsel per jaar
Vliegvlug: na 13 dagen
Trek: overwinteren in Spanje, Portugal en West-Afrika, ten zuiden van Sahara
Voorkomen in Nederland: 11.000 – 14.000
Gruttoland: dwaalgast
Het bericht Blauwborst – soort 132! verscheen eerst op Agrarisch Natuurfonds Fryslân.